18 oktober 2006

Standpunt CDA - toelichting

Geachte heer De Haas, heer Oosterom en mevrouw De Haas

Hartelijk dank voor uw mail. Het CDA hecht veel waarde aan artikel 23 Grondwet, de vrijheid van onderwijs. Hieronder een toelichting op dat standpunt.

De vrijheden die in de Grondwet staan beschreven, zijn verworvenheden van onze samenleving. De vrijheid van onderwijs betekent dat ouders het recht hebben een school te kiezen voor hun kind die het best aansluit bij de eigen waarden en normen. Mocht de school die zij graag zouden willen nog niet bestaan, dan hebben ouders het recht een school op te richten. De vrijheid voor ouders en kinderen om een school te kiezen die bij hen persoonlijk past, is dus groot.

Bijzondere scholen moeten, net als openbare scholen, voldoen aan het wettelijke curriculum en zich houden aan de wetten die in Nederland gelden. Ze mogen dus niet oproepen tot segregatie en discriminatie van andere groepen en minderheden in onze samenleving. De onderwijsinspectie ziet hierop toe. Als scholen hier niet aan voldoen, bijvoorbeeld als ze oproepen tot haat, dan moeten ze worden gesloten.

Elke ouder kan kiezen voor een school die aansluit op de opvoeding, de geloofsovertuiging en het waarden- en normenpatroon van thuis.

Identiteitsgebonden onderwijsinstellingen geven ons onderwijsstelsel een belangrijke meerwaarde. De veelkleurigheid van onze samenleving wordt hierin weerspiegeld. Ook draagt vrijheid van onderwijs bij aan de emancipatie en integratie van de verschillende groepen in onze samenleving. In de praktijk blijkt ook dat bijzonder onderwijs voorziet in een grote behoefte. Bijna tweederde van de kinderen in het primair onderwijs gaat naar het bijzonder onderwijs.

De scholen leggen verantwoording af over het beleid in over de identiteit van de school in een lesplan. Bijzonder onderwijs levert de samenleving veel op: betrokkenheid van ouders bij de school, vele vrijwillige schoolbestuurders die veel tijd en energie steken in 'hun'
school en een actieve groep scholen waar mensen hard werken vanuit een gedeeld waardenpatroon.

Het bijzonder onderwijs moet heel duidelijk zijn over de voorwaarden die gesteld worden aan toelating van leerlingen. Deze voorwaarden mogen alleen identiteitsgebonden zijn en bijvoorbeeld niet van financikle aard. Deze eisen moeten voor iedereen vooraf duidelijk zijn.

Het gaat hierbij bijvoorbeeld over de vraag of ouders de grondslag moeten onderschrijven of respecteren. De keuzes die het bevoegd gezag van de school maakt moeten consistent en consequent worden uitgevoerd en toegepast. Bovendien hebben ouders van leerlingen die zijn toegelaten recht op een plaats in de medezeggenschapsorganen.

Het CDA vindt het belangrijk dat de school waarden uit de eigen levensovertuiging overdraagt. Maar de scholen moeten (net als andere maatschappelijke instellingen met een publieke taak) ook bijdragen aan de overdracht van de kernwaarden van onze Nederlandse rechtsstaat, zodat leerlingen hun verantwoordelijkheid in onze maatschappij waar kunnen maken.

Met vriendelijke groet,
CDA Tweede Kamerfractie
Publieksvoorlichting

Postbus 30805 2500 GV 's-Gravenhage t 070 - 318 25 03 f 070 - 318 26 02 cda.publieksvoorlichting@tweedekamer.nl

1 opmerking:

Freek zei

Hoe je inhoudelijk over het standpunt van het appel ook denkt.... het antwoord is uitgebreid, netjes en snel..... Zoef zoef!